Jansen, Gerrit

Geboren op 1 oktober 1919 in Kaatsheuvel.

Jansen, Gerardus Wilhelmus

Roepnaam: Gerrit

Gesneuveld op 19-jarige leeftijd in de semipermanente opstelling (loopgraaf) bij kazemat 25G bij de Maasbrug.

Gerrit werd geboren op de eerste dag van oktober 1919 in Kaatsheuvel als tweede kind en oudste zoon uit het huwelijk van Huub Jansen en Drika Akkermans. Aanvankelijk woonde het schoenmakersgezin Jansen in de Gasthuisstraat 134, later aan de Heikant op huisnummer 3. Gerrit werkte als schoenmaker bij het bedrijf Jan van de Wouw aan de Gasthuisstraat, tot de mobilisatie aanving. Gerrit werd op 1 februari 1939 ingelijfd bij het 17e Regiment Infanterie.


(F076)

Wie in militaire dienst was, moest zich klaar maken voor de oorlog. Op de valreep kreeg Gerrit een spoedopleiding tot infanterist aan de Cadettenschool in Breda.
Er werd heel wat afgebeden in het gezin Jansen, want de oorlog stond voor de deur en er was geen ontkomen aan voor zoon Gerrit. Begin mei werd hij ingedeeld bij het 17e Grensbataljon. Op 10 mei 1940 werd de Maaslinie bij Roermond verdedigd door manschappen van dit bataljon. Eenmaal aan de Maasoever gekomen deden de Duitsers in de vroege ochtend al een poging om met rubberbootjes de Maas over te steken. De bootjes kwamen niet verder dan het midden van de Maas. Steeds opnieuw probeerden de Duitsers het maar elke keer werd de aanval afgeslagen. Na enkele vergeefse pogingen werd de Duitse artillerie ingeschakeld. Zij moest de kazematten uitschakelen. De beide rivier kazematten waarin de twee kanonnen stonden opgesteld werden het eerst onder vuur genomen en uitgeschakeld. De artillerie concentreerde zich daarna op de kazematten en loopgraven ten noorden van de Maasbrug. De kazematten werden door artillerievuur en de loopgraven met lichtere projectielen onder vuur worden genomen.

Kazemat 25G was bewapend met een lichte mitrailleur. Sergeant Smits bevond zich samen met zijn manschappen, waaronder ook Gerrit Jansen, in de semipermanente opstelling bij de kazemat. Tijdens de gevechten kwam een granaat terecht op de betonnen achterkant van de stelling, ketste daarop af en ontplofte in de loopgraaf. Er sneuvelden zes soldaten.
Sergeant Smits, commandant van kazemat 25G deed verslag: 'De Duitsers vuurden hevig op onze stelling en wij kregen verschillende artillerie voltreffers op de open opstelling. Deze stortte gedeeltelijk in. Zes van mijn mensen sneuvelden en twee werden zwaar gewond. Daar het niet meer vol te houden was ben ik met de nog in leven zijnde manschappen naar achteren gegaan waar wij aanvankelijk in dekking gingen achter een stal. De gewonden hebben wij meegenomen. Daar kwam een luitenant van de zware mitrailleurs bij ons. Hij zei dat de strijd nog niet afgelopen was en dat wij weer naar voren moesten gaan. Ik antwoordde dat dit voor mijn mensen onmogelijk was. De zware mitraillisten zijn toen door de luitenant naar de mitrailleurkazemat gebracht. Ik ben naar voren gegaan naar mijn kazemat, waar ik de schutter en helper van tijd tot tijd heb afgelost, zodat zij even konden uitblazen. De schutter was Leijten en de helper Van der Klei. Zij hebben onafgebroken gevuurd van 04.00 uur ‘s morgens tot kwart voor negen, toen hun mitrailleur onklaar werd door een artillerietreffer vlak voor de monding. Ik heb nog getracht het wapen weer schietklaar te krijgen maar dat lukte niet.'
(D019)

Nadat alle kazematten in de directe omgeving van de Maasbrug waren overmeesterd konden de Duitsers de Maas oversteken.

Op 12 mei werden de lijken van de Nederlandse militairen, gesneuveld op de Maas uiterwaarden onder de gemeente Roermond, begraven op het Rooms Katholieke kerkhof Sint Martinus in Horn. Dit op last van de Duitse Wehrmacht.

De familie van de soldaten was op zoek naar een teken van leven. Zo ook de broer van Gerrit Jansen en de vader van soldaat Laros. Zij vertrokken op 26 mei op de fiets, vanuit hun woonplaats, richting Horn op zoek naar hun verwanten. In Horn op het gemeentehuis werd aan Laros medegedeeld dat zijn zoon in krijgsgevangenschap naar Duitsland was afgevoerd. De burgemeester van Horn overhandigde de bebloede eigendommen van Gerrit aan Gerrit's broer en vertelde waar hij begraven lag.

De moeder van Gerrit bezocht het graf in Horn.


(F075)

Het stoffelijk overschot van Gerrit Jansen werd op woensdag 17 juli opgegraven en overgebracht naar zijn woonplaats Kaatsheuvel en daar herbegraven op de Rooms Katholieke begraafplaats.


(F001)