Persoonlijke verhalen uit frontstad Roermond (1)

Aanval op een munitietrein - september 1944

Vanaf de landingen en de gevechten op de stranden van Normandië hadden de geallieerden steeds meer terrein veroverd. De Duitsers leden hun grootste nederlaag sinds 1918 en trokken snel en massaal terug richting het Heimatland. Op 1 september naderden zij de Nederlandse grens. De Maasbrug bij Roermond was een van de belangrijkste oversteekplaatsen over de Maas. Geallieerde vliegtuigen vielen Duitse colonnes en treinen aan. Al vroeg in de morgen, om 08.59 uur, klonk het luchtalarm. Op deze eerste dag van september vielen geallieerde vliegtuigen doelen aan in de omgeving van Roermond. Ondanks het vuur van het Duitse afweergeschut voerden zij een aanval uit op een Duitse trein op de Melickerhei, bestaande uit zesendertig wagons volgepakt met munitie. De vliegtuigen doken meerdere malen om de trein te beschieten. De munitie in meerdere wagons ontplofte, de volledige trein ging in vlammen op. De brandweer en de luchtbeschermingsdienst trokken met groot materieel naar de onheilsplek. In de nabijheid van de trein waren twee huizen compleet vernield. Om 09.56 uur klonk het sein einde luchtalarm. Op de Melickerhei lagen grote hoeveelheden niet ontplofte munitie, verspreid over een groot gebied. Dit moest zo snel mogelijk opgeruimd worden.

De Ortskommandant liet in samenspraak met de burgemeester een lijst met 100 mannen samenstellen die zich moesten melden om te komen helpen met opruimen. Zij kregen een dwingende oproep thuis bezorgd. Indien men geen gevolg gaf aan deze oproep dan zou dat nadelige consequenties hebben.

Met het aanmelden ging al meteen het een en ander mis, zo bleek uit de telefoongesprekken van en naar de Ortskommandant, de politie en de Feldgendarmerie. Deze werden toen al afgeluisterd en opgetekend. Op 2 september belt de Ortskommandant boos naar de commissaris van politie Roselle: ‘Er zouden zich 100 man om 07.00 uur melden bij de Bahnhof Offizier. Deze zijn aangewezen en door de politie aangezegd volgens een lijst van de burgemeester. Om 08.00 uur is nog niemand aanwezig. Dit is absoluut dienstweigering en zal gestraft worden. Vandaag nog!!!’

Op zijn beurt ging Roselle verhaal halen bij de Feldgendarmerie om te achterhalen wat er precies gebeurd was: ‘Feldgendarmerie: De Bahnhof Offizier heeft de mensen vanmorgen teruggestuurd.
Roselle: Die heeft daar niets mee te maken. Ze moeten zich melden bij de Reichsbahn. Dan moet ik ze weer opnieuw laten aanzeggen.
Feldgendarmerie: En diegenen die zich weigerachtig maken?
Roselle: Die moeten er naar toe gebracht worden.’

Opnieuw werden mannen opgeroepen om zich te melden om te helpen met opruimen. Het aantal mannen dat zich gemeld had op 2 september was al niet groot en een dag later was het nog veel minder. De meeste mannen die een oproep hadden gekregen doken onder. Uiteindelijk moest de Wehrmacht het opruimen van de munitie voor hun rekening nemen.