Persoonlijke verhalen uit frontstad Roermond (15)
Patrouilles over en weer - december 1944
De Duitsers stuurden regelmatig patrouilles de Maas over met als doel om krijgsgevangenen te maken en informatie te vergaren.
Luitenant Ken Crockford was commandant van een peloton infanterie. Hij kreeg opdracht om polshoogte te nemen bij enkele huizen bij de Maasbrug. In de vroege avond van de tweede kerstdag ging de groep op pad: ‘We moesten de panden rond Hatenboer en de restanten van de steenfabriek onderzoeken. De commandant van het peloton dat we moesten aflossen kwam mij tegemoet. Ik besloot om met mijn peloton het gehele gebied vanaf de Rijksweg Horn-Roermond tot Oolderhuuske te doorzoeken. Na een uur zoeken kwamen we weer terug. We hadden niemand aangetroffen. Daarna gaf ik opdracht om het huis te bezetten. In de omgeving werden overal wachtposten uitgezet. De helft van het peloton was op wacht terwijl de rest aan het rusten was. We moesten het hier nog 24 uur uithouden voordat we zelf afgelost werden. Ik nam de eerste wacht voor mijn rekening. Het wachten was nu op wat er zou gebeuren.’
Luchtfoto Hatenboer en de Weerd (Eric Munnicks)
Aan Duitse zijde had men ook een patrouille gepland voor dezelfde nacht. Oberleutnant Heine zou met een groep van 20 Fallschirmjäger ter hoogte van de vernielde Maasbrug de Maas oversteken. Men had uit observaties waargenomen dat er in de huizen bij de Maasbrug Britse soldaten zaten. De groep roeide rond 03.50 uur in 3 rubberboten de Maas over.
Ken Crockford bemerkte al snel dat er iets niet in de haak was: ‘Ik werd gewekt door mijn sergeant die vertelde dat hij dacht dat we omsingeld waren. De wachtposten meldden dat er circa 15 Duitsers voor ons lagen maar dat er ook achter het gebouw Duitsers aanwezig waren. Onze eerste hulpsoldaat maakte zijn medische spullen klaar. We zagen dat de Duitsers langzaam het gebouw naderden. Toen ze enkele meters verwijderd waren openden wij het vuur.’
Het Fallschirmjäger Regiment Hübner stelde een patrouillerapport op: ‘Benadering van het huis dat het verst naar links lag. Nadat dit huis omsingeld was, openden ze plotseling het vuur vanuit het huis. Oberleutnant Heine raakte gewond. Het vuurgevecht duurde ongeveer 25 minuten. Het voornemen van de leider van de patrouille om het huis te bestormen kon niet worden uitgevoerd omdat 5 mannen, die het huis van achteren afschermden, vanwege vijandelijk vuur moesten terugtrekken. De patrouille keerde om 06.45 uur terug.’
Ken Crockford beschreef het gevecht: ‘De Duitsers probeerden het pand binnen te dringen. Soldaat Parkes vuurde een Piat antitankwapen af in de richting van de Duitsers. We hoorden geschreeuw en het Duitse vuur stopte. Er gebeurde verder niets meer. Toen het langzaam licht begon te worden zagen we in de schemering dat de Duitsers hun gewonden aan het verzamelen waren. We konden alleen maar hopen dat we de avond konden halen zonder munitie. Gelukkig verliep de dag verder rustig. In de avond werden we afgelost.’
De Duitsers konden samen met de gewonden ongezien Roermond bereiken. Er zouden nog vele Duitse patrouilles volgen.