Geboren op 25 maart 1908 in Rosmalen. .

Stiphout, J.C.A.
Roepnaam: Sjaak

Soldaat Stiphout werd tijdens de mobilisatie ingedeeld bij de 3e Compagnie van het 17e Grensbataljon. De 3e Compagnie moest de Maas bij Wessem verdedigen. De commandopost was gelegen in Heel en de verantwoordelijke man was kapitein Steegh. Stiphout maakte deel uit van de groep verdedigers van het eiland in de Maas, sectie 5. De gevechtsverslagen van sergeant Wigman zijn bewaard gebleven en geven een beeld van de gebeurtenissen.

Kazematten van sectie 5
Sectie 5 bezette het eiland met de kazematten 5B en 6S. Commandant van deze sectie was sergeant Wigman. De manschappen van deze kazematten waren al op de 9e mei om 21.00 uur in hun stellingen aanwezig. Beide kazematten waren nog niet lang geleden opgeleverd. De beton was nog nat, bij wijze van spreken.
Kazemat 5B was uitgerust met een zware mitrailleur en kazemat 6S met een lichte mitrailleur. Achter de twee kazematten waren twee semipermanente opstellingen. Bij 5B zaten zeven soldaten in de opstelling en bij 6S waren dat negen soldaten.

Verslag van sergeant Wigman: 'Om 06.20 uur vielen de eerste vijandelijke zware projectielen op het eiland. Het eerste schot was een voltreffer op de rechter kazemat, 6S. De kazemat met de lichte mitrailleur. Soldaat Rikken en soldaat Peetsma ontkwamen op wonderbare wijze aan de dood. Soldaat Traa heeft zich niet meer in veiligheid kunnen stellen.
Zelf bevond ik mij toen achter 6S. Daarna zijn de Duitsers verder gaan beuken op 5B. Deze gaf flankerend vuur op het weiland oost van de Maas, waarover de Duitsers oprukten. Er werden velen van hen getroffen. Kazemat 5B is blijven vuren tot ongeveer 09.30 uur toen ook deze een voltreffer kreeg.'
(D013)

(F023)

Sergeant Wigman wilde in beide kazematten gaan kijken hoe de toestand was. Hij kon achter een dijkje langs lopen van de ene naar de andere kazemat. Soldaat Kouw was de ordonnans en hij ging met Wigman mee.
Wigman: 'Kazemat 5B hing vol stof en rook. Het aggregaat toestel werkte slecht en kon de kruitdamp niet meer verwerken. Hij was op de hoek 2,40 meter dik. Het laatste schot ging er echter doorheen. De manschappen bij de mitrailleur bleven echter vuren. Wij zijn teruggegaan naar de semipermanente opstelling naast 5B. De soldaten in die opstelling namen alle doelen, die zij zagen, onder vuur. Er waren daar geen gesneuvelden en er lag geen vijandelijk artillerievuur. Toen werd 5B buiten gevecht gesteld. Wij stonden net op dat moment bij de kazemat om binnen te gaan kijken. De deur vloog open en soldaat van Bellen en soldaat Blankenstijn werden eruit geslingerd. Soldaat Wuisman is tegen de muur gevlogen. Wuisman was gesneuveld en Van Bellen en Blankenstijn waren zwaar gewond.
Soldaat Waardenburg is vrijwillig naar 6S gegaan om te zien hoe het met soldaat Traa was, die zich in de kazemat bevond. De kazemat was alleen te bereiken, kruipende door het veld. Waardenburg kwam terug met de mededeling, dat Traa gesneuveld was en dat hij hem niet uit de kazemat kon krijgen.
Vervolgens zijn wij naar de semipermanente opstelling van kazemat 6S gegaan. De manschappen van de buiten gevecht gestelde kazemat waren van angst in de schuilnis gekropen, de rest vuurde. Er waren echter niet veel doelen. De soldaten in beide semipermanente opstellingen zijn blijven vuren tot ongeveer 10.00 uur.'
(D013)

Wigman heeft nog getracht om contact te krijgen met luitenant Haenen, dit lukte niet. Soldaat Kouw meldde zich vrijwillig om naar Wessem te gaan, naar luitenant Haenen. Kouw zou nieuwe orders mee terug brengen. Het was echter onmogelijk om de Maas over te komen. Soldaat Beerakker en soldaat Stiphout hebben de zwaargewonden weggevoerd op een strozak. Ook de lichtgewonden werden verzameld en verbonden met behulp van het verband uit een verbandpakje.

Overgave
Wigman: 'Wij konden niets meer doen. De gewonden smeekten om overgave. Het moreel van de manschappen was erg geschokt. Door het zware mortiervuur kon ik het voor mezelf niet verantwoorden om mijn manschappen verder op te offeren. Bij ons was toen nog geen Duitser geland. Om 10.10 uur plaatste ik een witte vlag tussen de beide kazematten. Het vijandelijk vuur hield op. Een Duitser riep over het water in het Nederlands dat ik aan de oever moest komen.'
(D013)

De manschappen moesten de wapens neer leggen en aan de oever gaan staan. Sergeant Wigman inspecteerde alles en kwam ook aan de oever. Meteen kwamen de Duitsers in rubberboten de oude Maas over.