4 en 5 september

Onrust vanwege terugtocht
4 september: Er heerste grote onrust vanwege de terugtocht van de Duitsers en de toenemende activiteit in de lucht. In de week van 4 tot en met 9 september werd elf maal luchtalarm gegeven. Daarna waren er geen sirenes meer te horen doordat de stroom werd afgesloten. Ook de scholen werden gesloten.
Dagboek van broeder Wendel: 'Militaire verkeersagenten staan op drukke punten alles is zwaar gecamoufleerd. De treinen naar Duitsland gingen niet. De grens is potdicht. Hele troepen trekken weg. Te voet, met de fiets of per auto. ’s Middags de scholen tot nader order gesloten. Nu de scholen gesloten zijn hebben wij weer de hele dag de jongens thuis. Maar we kunnen nergens naar toe. Er wordt al over gesproken dat vannacht of morgen de Britten hier zouden zijn. De hele stad is een oorlogstoneel. Vanavond om 18.30 uur moesten de Rijksduitsers uit de stad weg zijn en om 22.00 uur de NSB’ers. De hele avond en nacht auto’s met troepen door de Lindanusstraat.'
(D008)


(F005)

Inbeslagname fietsen
De Duitsers namen alle vervoermiddelen die ze tegenkwamen in beslag. Fietsen worden, indien mogelijk, veilig weggeborgen. Voor personen die, zonder fiets, hun beroep niet konden uitoefenen werden vergunningen uitgegeven. In deze vergunningen stond dan vermeld dat de fiets niet in beslag genomen mocht worden.
Dagboek van zuster A. Remmers: 'Sommige straten en pleinen staan vol auto’s. Duitse officieren komen te paard door de Venlose Poort. Karren, fietsen, allerlei vervoermiddelen worden door de Duitsers ingepikt. Voor de veiligheid hebben we onze fietsen in de kelder gezet en doen alles lopend af. Voor het gehele land is de uitzonderingstoestand afgekondigd, dat wil zeggen dat na 20.00 uur niemand meer op straat mag tot de volgende morgen 04.00 uur. Wie het werk staakt wordt onmiddellijk doodgeschoten.'
(D002)

Vreemd schouwspel
Dagboek van Groenendaal: 'Gisteren zijn wij om half vier naar de stad gegaan. Op de hoek van het tramkantoor leek het wel Kerstmis. Heel de stad was op de been om de terugtrekkende troepen te bezien. Om kwart voor vier luchtalarm. Wij waren juist op het Wilhelminaplein, waar veel vrachtauto’s stonden en reden. Wat je niet al ziet op die auto’s, naaimachines, wasmachines, tot zelfs een koe. De soldaten zien er doodmoe uit, zonder kepi of muts. Het geheel geeft meer de indruk van een vluchtend, dan wel van een geordend terugtrekkend leger. Een soldaat vertelde dat ze naar Duitsland terugtrokken, om daar gehergroepeerd te worden. Bij de Kapellerlaan verkochten soldaten sigaretten en repen chocolade. Enkele waren dronken. Bij de Venlose Poort werd wijn gedronken met geklutste eieren. Er is ook vrouwvolk bij. Zo te zien niet van het beste soort. Vanmorgen wordt overal gewaarschuwd: 'ga niet op de fiets, want die nemen ze je af'. Het slachthuis wordt leeggehaald. De stroom met vrachtauto’s neemt steeds in omvang toe. De Rijksduitsers moeten zich binnen vierentwintig uur melden. Zij gaan naar Duitsland. De Geallieerde legers zijn door een zeer snelle opmars België binnengetrokken. Het Duitse leger zal zich wel achter de Siegfriedlinie terugtrekken. We zagen op de singel een vrachtauto. Voorop vier soldaten ieder met een glas wijn, zo dronken als een zuil. Sieg heil, Herr Hitler! De burgemeester van Roermond heeft twee maanden salaris ingenomen, hij zal dus ook willen vertrekken. De Commissaris van Limburg Graaf d'Ansembourg, bijgenaamd 'het Graafke', is met zijn gezin naar een onbekend oord vertrokken. Vanavond stonden we anderhalf uur op de hoek van de Venloseweg te kijken naar 'het' historisch moment van het ogenblik, het terugtrekken der Duitse troepen. We zagen geen enkel voertuig dat hetzelfde was. Er waren de zonderlingste vehikels bij, tot tentwagentjes en bolderkarren toe. Nu komt langzamerhand het zware geschut opdagen, stormwagens en tijgertanks. Het was een aaneengesloten file, zowel van de Singel komende als van de Maasbrug.'
(D007)

Vertrek van de NSB’ers
De Rijksduitsers en de NSB’ers moesten ook vertrekken. Alles ging richting Duitsland.
Ergens op deze dag telefoneert de Commissaris van politie Roselle met het Kringhuis van de N.S.B. Een juffrouw, die op het Kringhuis werkt, neemt de telefoon op:
'Juffrouw: Kringhuis N.S.B.
Roselle: Is de Kringleider aanwezig?
Juffrouw: Neen, ik ben al aan zijn huis geweest. Hij is de stad uit en komt niet terug. De treinen zijn gevorderd door de Wehrmacht.
Roselle: Waar is de Kringleider?
Juffrouw: Niemand weet het. En ik moet hier ook weg. Alle Rijksduitsers moeten weg, vanmiddag al. Maar ik ga niet.
En, Mijnheer Roselle, wat moet er nu met de N.S.B.? Daar is het erger voor dan voor de Rijksduitsers.
Roselle: Och, de oorlog is nog niet verloren. Maar moed houden.
Juffrouw: Ja, we zullen wel moeten. Ik weet het verder ook niet.'

(F011)

Aanvoer van Duitse troepen via Roermond
Door het enorme improvisatievermogen van de Duitse legerleiding lukte het om voldoende treinen ter beschikking te hebben om alle troepen naar Nederland te vervoeren. De staf van Student dirigeerde aanvankelijk alle treinen naar Tilburg, Eindhoven en Weert. Vanwege de bombardementen en de vele sabotage acties aan het spoor besloot men echter om de meeste eenheden van de Fallschirmjäger Division Erdmann naar het station in Roermond te leiden. De overige eenheden werden in Tilburg uitgeladen. De eerste treinen met Fallschirmjäger passeerden rond middernacht, de nacht van 4 op 5 september, de grens bij Dahlheim met Vlodrop en kwamen een half uur later in Roermond aan. Later die nacht werden er nog meer treinen in Roermond uitgeladen.

Dolle dinsdag
Dinsdag 5 september 1944 is de geschiedenis ingegaan als 'dolle dinsdag'. De gedemoraliseerde restanten van het eens zo trotse Duitse leger trokken door Roermond, in de richting van het laatste verdedigingsbolwerk, de Westwall. NSB’ers zochten ook een veilig heenkomen en trokken achter de Duitse soldaten aan, ook richting Duitsland. De N.S.B. burgemeester van Roermond, J. Lensing, vertrok ook naar veiliger oorden. De toekomst werd met optimisme tegemoet gezien. Iedereen verwachtte dat de bevrijding nu spoedig een feit zou zijn. De NSB’er J. Weijnen werd als waarnemend burgemeester aangewezen.

Uitzonderingstoestand
De bevolking moest orde en rust bewaren. Het vluchten vanuit de door de strijd bedreigde gebieden was verboden. Elk verzet tegen de Duitsers werd direct gebroken. Het benadelen van het Duitse leger stond gelijk aan de doodstraf. Nederlandse soldaten die in Geallieerde dienst traden kregen de doodstraf als ze weer in Duitse krijgsgevangenschap kwamen. Rauter kondigde de uitzonderingstoestand af. De burgemeester van Roermond kreeg opdracht van de Ortskommandant om plakkaten op te hangen waarin stond dat de uitzonderingstoestand was afgekondigd. Het niet opvolgen van dit bevel om de plakkaten op te hangen zou als sabotage worden aangemerkt.
'Ortskommandantur Roermond
De 4-9-1944
An den Bürgermeister der Gemeinde Roermond
In der Anlage erhalten Sie 100 Plakate. Laut Kriegsgesetz sind Sie verantwortlich für den Aushang dieser Plakate an geeigneter Stelle. Nichtdurchführung ist Sabotage und wird nach den Kriegsgesetzen geahndet.
Hauptmann und Kommandant'
(F021)


(F021)

Ook de Nieuwe Koerier had een artikel over de uitzonderingstoestand:
'Bekendmaking
Met onmiddelijke ingang wordt de tijd waarin men zich niet in het openbaar mag bevinden voor de duur van de uitzonderingstoestand vastgesteld van 20.00 tot 04.00 uur. Samenscholingen van allerlei aard waarbij meer dan vijf personen bij elkaar staan, worden door Wehrmacht, SS en politie beschoten. Wehrmacht, SS en politie schieten verder op iedereen, die in de verboden tijd niet direct op den eerste aanroep blijft staan.
Der Generalkommissar für das Sicherheitswesen Rauter.'

(F021)