2 en 3 september

Munitie opruimen op de Melickerhei
De niet ontplofte munitie van de in brand geschoten munitietrein moest worden opgeruimd. Er werden mensen aangewezen die bij de opruimingswerkzaamheden moesten helpen. De telefoongesprekken van het politiebureau werden afgeluisterd en opgeschreven. Op 2 september vonden de volgende telefoongesprekken plaats.
1. Gesprek tussen de Ortskommandant en de commissaris van politie Roselle.
'Ortskommandant: Er zouden zich honderd man om 07.00 uur melden bij de Bahnhof Offizier. Deze zijn aangewezen en door de politie aangezegd volgens een lijst van de burgemeester. Om 08.00 uur is nog niemand aanwezig. Dit is absoluut dienstweigering en zal gestraft worden. Vandaag nog!!!'
2. Gesprek tussen de commissaris van politie Roselle en de Feldgendarmerie. Roselle informeerde bij de Feldgendarmerie wat er precies gebeurd was.
'Feldgendarmerie: De Bahnhof Offizier heeft de mensen vanmorgen teruggestuurd.
Roselle: Die heeft daar niets mee te maken. Ze moeten zich melden bij de Reichsbahn. Dan moet ik ze weer opnieuw laten aanzeggen.
Feldgendarmerie: En diegenen die zich weigerachtig maken?
Roselle: Die moeten er naar toe gebracht worden.'

Na dit gesprek gaf Roselle aan de burgemeester door dat er een vergissing in het spel was.
3. Gesprek tussen de Feldgendarmerie en de commissaris van politie Roselle.
'Feldgendarmerie: Mensen opnieuw oproepen, zo spoedig mogelijk. De Oberleutnant is naar het station om de zaak op te helderen. Een Feldgendarm staat aan het station om mensen te ontvangen die komen werken. De burgemeester is op de hoogte.'
4. Gesprek tussen opperluitnant van politie Sijmons en de Ortskommandantur.
'Sijmons: Aan beide zijden van de spoorbaan ligt munitie, welke opgeruimd moet worden. Wilt U de Wehrmacht daarvoor laten zorgen.
Ortskommandantur: Ja, ik zal het met de Feldgendarmerie dit bespreken en dan hoort U nog wel.'

5. Gesprek tussen de commissaris van politie Roselle en de Feldgendarmerie.
'Roselle: Opnieuw honderd man laten aanzeggen voor werkzaamheden, opruimen munitie van de trein. Aantekenen bij wie U geweest bent en daarna de lijst meebrengen. Om 08.00 uur morgenvroeg melden bij de Ortskommandantur.
Daarna belde Roselle nog naar burgemeester Lensing om de afspraken door te geven. Er zou om 08.00 uur eerst appèl zijn en dan worden ze per auto naar de trein gebracht.'

(F021)


(F044)

Grote Duitse verliezen
Wat de Roermondenaren de eerste dagen van september zagen was het resultaat van de grootste Duitse nederlaag in West- Europa sinds november 1918. Het begon allemaal op 6 juni 1944, D-Day. De Geallieerden landden op de stranden van Normandie. Uiteindelijk slaagde de Duitse Heeresgruppe B erin om het, in de tweede week van juni, gevormde Geallieerde bruggenhoofd af te grendelen.
Eind juli braken de Amerikaanse divisies in de buurt van Avranches (Normandië) door de Duitse stellingen. Bij Falaise werd medio augustus het Duitse 7de leger omsingeld. Grote delen van dit leger werden vernietigd. Toch slaagden 20.000 Duitsers erin om de omsingeling te doorbreken en de eigen linies te bereiken. Op 25 augustus viel Parijs.
Vervolgens begon aan Duitse zijde (gedurende de laatste week van augustus) een wilde terugtocht. Geallieerde divisies achtervolgden de losse Duitse troepenonderdelen in de richting van Duitsland. In de omgeving van Mons ( Belgie) werden rond 1 september grote Duitse eenheden omsingeld. Wederom werden er duizenden Duitse soldaten gedood, gewond of gevangen genomen.
Het andere onderdeel van Heeresgruppe B, het Duitse 15e leger, dat tot dan toe aan de kanaalkust was gelegerd, probeerde eveneens naar Duitsland te ontkomen maar werd achtervolgd door Britse en Canadese divisies. Op 1 september werd België bereikt. Op respectievelijk 3 en 4 september werden Brussel en Antwerpen bevrijd. Verder naar het oosten bereikten Amerikaanse troepen op 6 september Luik. Van een gesloten Duitse frontlinie was geen sprake meer. Tussen de restanten van het Duitse 7e leger nabij Aken en het Duitse 15e leger nabij Antwerpen gaapte een groot gat van circa honderdtwintig kilometer in de frontlijn. Roermond lag midden in dit gat.

Chaotische Duitse terugtocht
3 september: Algemene terugtocht der Duitsers. De gedemoraliseerde resten van het verslagen Duitse leger: Luftwaffe- personeel, Kriegsmarine, Sicherheits- en Bau- Battaillone en gewone infanteriesoldaten trokken te voet, per fiets of met een wagen in de richting van de Duitse grens. Allen hadden slechts één doel, al dan niet met geroofde goederen naar het vaderland ontkomen. Ze sjokten over de wegen met koffers, pakjes en dozen. Dit bleef zo onafgebroken doorgaan.
De hele stad stond vol auto’s en tanks. Wagens die nog niet gecamoufleerd waren werden met takken bedekt. Voor dit doel zaagden de Duitsers enkele bomen om op het Wilhelminaplein. Alle vervoermiddelen werden gevorderd. De garages werden leeggehaald, de particuliere auto’s in beslag genomen uitgezonderd de auto’s van dokters. Op de Kapellerlaan stond een lange rij Duitse auto’s met de neus richting “Die Heimat”. Op de gecamoufleerde auto’s zaten soldaten op de spatborden of op het dak met de mitrailleur schietklaar. Zij hielden de lucht nauwlettend in de gaten, bang voor een aanval van Geallieerde vliegtuigen. De meesten waren goed gecamoufleerd, de soldaten hadden twijgen op de helmen gebonden en er lagen groene takken op de wagens. Zij hadden ook wel een goede reden om gebruik te maken van uitkijkposten omdat de Luftwaffe geen rol van betekenis meer speelde.
Dagboek van zuster A. Remmers: 'Het lijkt of de Duitsers terugtrekken. Het vervoer wordt steeds drukker en gaat ook ’s nachts door: vrachtauto’s met allerlei bagage, veel dichte gecamoufleerde wagens, personenauto’s en ook de Rode Kruis wagens met veel gewonden. Wij zagen hoe de Duitsers het Rode Kruis misbruikten, door de ziekenauto’s te gebruiken voor hun “dames” en bagage, onder andere een grote kooi met kippen erin. Britse jagers komen telkens heel laag cirkelen.'
(D002)


(F003)

De deur om Duitsland binnen te trekken leek wagenwijd op te staan voor de Geallieerden.

Trein bij Buggenum beschoten
De Geallieerde luchtmacht schoot op alles wat Duits materieel of manschappen zou kunnen vervoeren. Om 15.45 uur gaf men luchtalarm. Daarna werd door de stationschef in Roermond de brandweer gewaarschuwd. In de buurt van Buggenum stonden diverse spoorwegwagons in brand. Twee locomotieven en een wagon met vaten olie waren geraakt.